Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen keerde de HEERE een zeer sterken westenwind, die hief de sprinkhanen op, en [22]wierp ze in [23]de Schelfzee; er bleef niet een sprinkhaan over in al de landpalen van Egypte. 22. Hebreeuws, hechtte die, of, maakte die vast; dat is God heeft die daarin zo geworpen en besloten, dat zij er in moesten blijven, zonder er uit te kunnen komen. 23. In deze zee is Farao kort hierna verdronken; hfdst.14:.